Annotatie Rb Oost-Brabant 11 juli 2022, ECLI:NL:RBOBR:2022:2833

Essentie

De (toenmalige) windturbinenormen in het Activiteitenbesluit milieubeheer zijn in strijd met de smb-richtlijn, maar de omgevingsvergunning niet. Er is geen (Unierechtelijke) plicht om die vergunning in te trekken.

Samenvatting

De windturbinebepalingen, voor zover deze van toepassing zijn op windturbineparken, moeten naar het oordeel van de rechtbank wegens strijd met het Unierecht buiten toepassing worden gelaten. Daaruit volgt echter niet dat de omgevingsvergunning in strijd is met het Unierecht. De omgevingsvergunning is namelijk geen plan of programma in de zin van de SMB-richtlijn. De SMB-richtlijn verplicht dus niet tot het opstellen van een milieubeoordeling voorafgaand aan het verlenen van de omgevingsvergunning. De omgevingsvergunning valt wel onder de reikwijdte van de m.e.r.-richtlijn. Bij de verlening van de omgevingsvergunning is voldaan aan de verplichtingen die voortvloeien uit de m.e.r.-richtlijn doordat een vormvrije m.e.r.-beoordeling is uitgevoerd. De omgevingsvergunning is dus niet in strijd met het Unierecht. Het betoog van eiseres dat de omgevingsvergunning wegens strijd met het Unierecht moet worden ingetrokken, slaagt dan ook niet. De verwijzing door eiseres naar de overwegingen 82 en 83 van het Nevele-arrest leidt niet tot een ander oordeel. In overweging 82 stelt het Hof voorop dat de lidstaten alle noodzakelijke maatregelen moeten treffen om te verzekeren dat alle plannen of programma’s die aanzienlijke milieueffecten hebben aan een milieubeoordeling worden onderworpen. Zoals gezegd is de omgevingsvergunning echter geen plan of programma in de zin van de SMB-richtlijn. In overweging 83 gaat het Hof in op de in artikel 4, derde lid, van het VEU neergelegde beginsel van loyale samenwerking. Dat beginsel verplicht de lidstaten de onwettige gevolgen van een schending van het Unierecht ongedaan te maken. Het Hof geeft enkele voorbeelden van maatregelen die kunnen worden getroffen om het verzuim van een milieubeoordeling te herstellen. Eén van die voorbeelden is dat een al verleende vergunning wordt ingetrokken of opgeschort teneinde een dergelijke beoordeling alsnog te verrichten. In dat kader verwijst het Hof naar het ook door eiseres genoemde arrest Commissie/Ierland. De omgevingsvergunning voor het windpark de Rietvelden is echter verleend na een vormvrije m.e.r.-beoordeling. Er is geen sprake van een verzuim van een milieubeoordeling. De overwegingen van het Hof zijn dan ook niet van toepassing op deze omgevingsvergunning.

Uitspraak

Rechtbank Oost-Brabant d.d. 11 juli 2022, ECLI:NL:RBOBR:2022:2833, intrekking omgevingsvergunning windpark De Rietvelden, gemeente Den Bosch

Annotatie T. Rötscheid en M.A.A. Soppe

1          Zie onze noot bij de eveneens in deze aflevering geplaatste uitspraak Rb. Midden-Nederland 17 februari 2023, ECLI:NL:RBMNE:2023:627.


Voor een printversie van deze annotatie, klik hier.