ViA15-uitspraak: afkap stikstofuitstoot verkeer AERIUS Calculator onvoldoende gemotiveerd
Bij het berekenen van de stikstofuitstoot ten gevolge van verkeer op Natura 2000-gebieden wordt gebruik gemaakt van het rekenmodel SRM2 in de AERIUS Calculator. Daarin wordt uitsluitend rekening gehouden met stikstofdeposities van wegverkeer dat rijdt binnen 5 kilometer van Natura 2000-gebieden. In de ViA15-uitspraak van heden (ABRvS 20 januari 2021, ECLI:NL:RVS:2021:105) gaat de Afdeling in op de juridische houdbaarheid van deze afkap. De relevante overwegingen in de uitspraak luiden als volgt:
“69.3. Het gebruiken van een hulpmiddel als AERIUS Calculator voor het maken van de passende beoordeling als bedoeld in artikel 2.8 van de Wnb is dus alleen toegestaan als daarmee volledige, precieze en definitieve constateringen en conclusies kunnen worden verkregen die elke redelijke wetenschappelijke twijfel over de gevolgen van de geplande werkzaamheden voor de betrokken Natura 2000-gebieden kunnen wegnemen.
69.4. Naar het oordeel van de Afdeling heeft de minister niet toereikend gemotiveerd dat in dit geval aan deze voorwaarden is voldaan. Het is met name nog onduidelijk of de beoordeling van de stikstofdepositie die als gevolg van het tracé kan ontstaan volledig is geweest.
Het tracé zelf en de wegen waarop als gevolg van het tracé een toename van verkeer te verwachten valt, liggen immers slechts ten dele binnen 5 km van (rekenpunten in) de Natura 2000-gebieden die in het Deelrapport gebiedsbescherming (2019) zijn betrokken. Voor zover het verkeer op grotere afstand rijdt, is de stikstofdepositie die daarvan het gevolg is niet berekend.
Verder is onduidelijk in hoeverre het tracé leidt tot stikstofdepositie op (rekenpunten in) Natura 2000-gebieden op meer dan 5 kilometer afstand van wegvakken waarvoor het verkeersmodel een toename in verkeer voorspelt.
69.5. Deze bezwaren worden niet weggenomen door de stelling van de minister dat eventuele berekende bijdragen van wegverkeer op grotere afstanden dan 5 km niet meer betekenisvol te herleiden zijn tot een individueel project. Het is de Afdeling namelijk niet duidelijk wat precies onder "betekenisvol herleiden" moet worden verstaan en hoe is vastgesteld dat daarvan bij grotere afstanden dan 5 km geen sprake meer van kan zijn. Wat dit laatste betreft, is in het bijzonder onduidelijk waarom het kennelijk wel mogelijk is om met AERIUS Calculator voor andere bronnen dan wegverkeer de stikstofdeposities "betekenisvol te herleiden" op grotere afstanden dan 5 km.
Hetgeen de minister ter zitting voor het overige naar voren heeft gebracht komt erop neer dat het streven naar volledigheid van de stikstofberekeningen ten koste zal gaan van de precisie. De Afdeling acht niet aannemelijk gemaakt dat deze keuze moet worden gemaakt. En als het niet uitgesloten is dat om technisch-wetenschappelijke redenen tussen deze twee doelen een balans moet worden gevonden, acht zij de gemaakte afweging onvoldoende inzichtelijk. De minister heeft weliswaar gewezen op enkele voordelen die SRM2 volgens hem biedt voor het berekenen van deposities van wegverkeer, maar het is onduidelijk waarom die zwaarder moeten wegen dan het nadeel dat een gedeelte van de depositie helemaal niet berekend wordt. Een cijfermatige onderbouwing van de voor- en nadelen ontbreekt. Bovendien heeft de minister in deze procedure onvoldoende duidelijk gemaakt hoe, als inderdaad moet worden aangenomen dat een gedeelte van de stikstofdepositie bezwaarlijk in de passende beoordeling van een individueel project wordt betrokken, kan worden uitgesloten dat dat gedeelte van de stikstofdepositie, eventueel in samenhang met de stikstofdepositie van andere projecten en activiteiten, toch leidt tot of bijdraagt aan een aantasting van stikstofgevoelige habitats en, als dat niet kan, hoe is verzekerd dat dan passende maatregelen getroffen zullen worden”.
De Afdeling heeft de minister (middels een tussenuitspraak) in de gelegenheid gesteld om alsnog een toereikende onderbouwing te geven voor de afkap van stikstofdeposities van wegverkeer op 5 kilometer van Natura 2000-gebieden. Gezien de door de Afdeling geleverde kritiek zal dat geen gemakkelijke opgave zijn.
Logtsebaanuitspraak: intern salderen en beoordelingskader verzoek intrekken Wnb-vergunning
Intern salderen: geen significante effecten betekent geen Wnb-vergunning
In mijn blog heb ik uiteengezet dat het goed verdedigbaar is dat er in het kader van intern salderen (waarbij er per saldo geen significante effecten zullen optreden op enig Natura 2000-gebied) geen Wnb-vergunningplicht geldt, maar dat daar door de bevoegde gezagen (onder meer in BIJ12-verband) anders over werd gedacht. In de Logtsebaanuitspraak van heden (ABRvS 20 januari 2021, ECLI:NL:RVS:2021:71) bevestigt de Afdeling dat er geen Wnb-vergunningplicht geldt als met behulp van interne saldering is uiteengezet dat er geen significante effecten zullen optreden (zie o.a. r.o. 17.3). In dergelijke situaties is dus ook geen passende beoordeling vereist. De uitspraak impliceert dat de provinciale beleidsregels inzake intern salderen zinledig zijn (geworden) voor zover er na die saldering geen significante effecten resteren.
Beoordelingskader verzoeken intrekken Wnb-vergunningen
De Afdeling gaat in de Logtsebaanuitspraak ook uitgebreid in op de omstandigheden die een rol spelen bij de beoordeling van een verzoek om intrekking van een Wnb-vergunning. Zie voor hoofdlijnen het persbericht van de Raad van State.